Invloed van hittestress op technische resultaten van de kraamstal

 

Om het effect van hittestress in de kraamstal te achterhalen hebben we de beste bedrijfsresultaten van België en Nederland samengelegd. We kozen voor de beste bedrijven zodat de bepalende factor "bedrijfsmanagement" zo veel mogelijk werd uitgevlakt. We kregen uiteindelijk het natuurlijke verloop van de bedrijfsresultaten van een goed draaiend bedrijf doorheen het gehele jaar!

 

1) Hittestress en het afbigpercentage

 

Het jaarlijks verloop van het afbigpercentage vertoont een serieuze dip in de tweede helft van het jaar. Dit wil zeggen dat de zeugen die vanaf juli tot en met november worden geïnsemineerd duidelijk minder vruchtbaar zijn.

De oorzaak is enerzijds het effect van de warme zomertemperaturen. Deze hebben een negatief effect hebben op de conditie en vruchtbaarheid van de zeugen. Anderzijds wordt het negatieve effect van een slechte conditie nog versterkt door de najaarsdip. Dit is de periode van augustus tot en met begin oktober waarin het varken van nature uit reeds minder vruchtbaar is.

Beperk deze terugval in het afbigpercentage van je zeugenstapel zoveel mogelijk door je zeugen reeds vanaf juni optimaal te ondersteunen! 

Lege kraamhokken in oktober voorkom je in juli!

 

2) Hittestress en het aantal levend geboren biggen per worp

Tijdens het gehele jaar komen er 2 periodes voor waar er minder levend geboren biggen worden.

  • Een eerste kleine daling tekent zich af in juni en juli. Dit komt omdat de hogere temperaturen in de kraamstal de zeugen nog meer onder stress zetten tijdens het werpen.
  • De tweede en grotere dip komt voor in oktober en november. Dit komt doordat de biggen die dan geboren worden, verwekt zijn geweest in juli en augustus. In juli en augustus was de zeug door de hittestress in een slechtere lichaamsconditie om zich voor te planten dan normaal. Het resultaat is dat de biggen die hieruit voortkomen van mindere kwaliteit zijn en dus minder goed overleven.

Voldoende levend geboren biggen houdt natuurlijk verband met de kwaliteit van de biggen maar onrechtstreeks dus met een optimale ondersteuning van de zeug.

 

3) Hittestress en het aantal gespeende biggen per worp

De resultaten laat ook hier twee minder productieve periodes zien.

  • Enerzijds in juni en juli en
  • vervolgens van oktober tot november.

Dit komt wederom door de hoge zomertemperaturen in de kraamstal. De zeugen zijn hierdoor minder productief en spenen op dat moment minder biggen. Dezelfde zeugen worden vervolgens gedekt met een minder goede lichaamsconditie dan normaal. Ze werpen in oktober en november dan ook kwalitatief minder goede biggen. Deze hebben minder kans op overleving.

 

Conclusie:

Ondersteun uw zeugen zo goed mogelijk in de zomer. Hierdoor zijn ze productiever tijdens de eigenlijke hittestress maar zullen ze ook in de volgende worp (in het najaar) betere biggen grootbrengen!

Handel nu pro-aktief en voorkom lege kraamhokken met minder vitale biggen in de herfst!

Ontdek Lianol Ferti hier!

Ontdek het hittestress dossier hier!

Ardol maakt gebruik van cookies.

Wij gebruiken functionele en analytische cookies om onze website gebruiksvriendelijker te maken en een goede werking van onze website te kunnen garanderen. Wij gebruiken daarnaast ook marketingcookies. Ze geven ons geanonimiseerde informatie waardoor wij onze bezoekers zoveel mogelijk relevante informatie kunnen tonen. Wanneer je op 'okay' klikt, geef je ons toestemming voor het plaatsen van deze cookies. Meer informatie over het gebruik van cookies door Ardol kun je lezen in onze privacyverklaring.